Ik duik even kort in de ontstaansgeschiedenis van het boek ‘De Langeleegte huilt’.

Eigenlijk is het een vervolg op mijn eerste boek ‘De fabriek van mijn vader’. Hierin beschrijf ik de geschiedenis van de aardappelzetmeelindustrie in Veendam, waarbij de historische band met de plaatselijke voetbalclub de ‘geelzwarte’ draad vormt. Daarvoor interviewde ik vanaf 2009 een groot aantal oud-spelers en -bestuurders van profclub Veendam, die ook werkzaam waren bij DWM/Avebe. Deze verhalen vormden dus de rode draad in het boek ‘De fabriek van mijn vader’. Karel Liklikwatil, Jan de Vries en Bart Nijland kwamen daarin uitgebreid aan het woord. Ik bevroeg in die tijd ook Wout Bosman, Henk Georg, Henk Wollerich, Hemmo Kerkhof en Piet de Vries. Deze semiprofs kregen een bescheidener rol in het mooi vormgegeven geschiedenisboek.

Met mijn zoektocht naar oud-spelers die ook ‘iets’ hadden met DWM/Avebe ben ik doorgegaan. Het leverde boeiende interviews op en prachtige voetbalverhalen. Anderen vonden dat ik hier maar ‘iets’ mee moest gaan doen. Het is de basis geworden voor het boek ‘De Langeleegte huilt’, dat in april 2018 is uitgekomen. Langzaam ontstond bij mij het idee om – aangevuld met verhalen van niet-Avebe-spelers of -trainers – de opkomst en ondergang van het profvoetbal in Veendam op te tekenen. De geschiedenis dus van het betaald voetbal in Veendam, voornamelijk weergegeven in (opzienbarende) verhalen van betrokkenen.