Oktober 2019

29-09-2019

Deze maand deel 3 van het verhaal van Henk Nienhuis, ex-profscheidsrechter en oud-bestuurslid van voetbalvereniging Veendam 1894, dit in verband met de viering in september 2019 van het 125-jarig jubileum van de Veendammer voetbalclub. Over Scheidsrechter van de Week, een apart wereldje en veel meer.

Scheidsrechter van de Week

‘Iedere scheidsrechter had zijn eigen tenue. Ik had mijn amateurkloffie. Maar mijn betaalde collega’s liepen in door Adidas gesponsorde kleding te fluiten. Dus toen ik voor het eerst in het betaald voetbal ging fluiten had ik alleen mijn amateurpak. Ik dacht dat de voetballers mij hierin niet serieus zouden nemen. Zo van: daar heb je een amateurscheidsrechtertje. Vandaar dat ik Egbert Mulder belde. Hij floot eredivisie en woonde in Hoogezand. Ik vroeg hem of hij een reservetenue had. ‘Hoezo?’ vroeg ‘ie. ‘Ik moet straks een wedstrijd fluiten bij de betaalde jongens en het voelt niet goed om aan te treden in mijn amateurkleding,’ antwoordde ik. Hij zei: ‘Kom maar langs.’ Ging ik naar Egbert en paste ik zijn arbiteroutfit. Maar ja, hij had een FIFA-badge op het zwarte shirt. Gelukkig kon deze eraf. Die kon natuurlijk niet blijven zitten. Dan had ik wel heel snel carrière gemaakt, haha. Ik ging wel bij hem vandaan met een passend scheidsrechtertenue. Klinkt het gek als ik zeg dat het fluiten hierin me meer energie en kracht gaf? Dat ik bij voorbaat niet werd beoordeeld op wat ik aan had. Ik floot daar in Eindhoven een uitstekende wedstrijd. Je weet dat in Voetbal International (VI) ieder weekend cijfers werden gegeven. Nou, ik werd drie keer achter elkaar Scheidsrechter van de Week. Dat was natuurlijk een geweldige opsteker voor een beginnende leidsman in de eerste divisie.’

Het eerste zondagelftal van Veendam 1894 in 1977

Het eerste zondagelftal van Veendam 1894 in 1977. Daarin acteerde Siep Nienhuis, de jongere broer van Henk.
Staand vlnr. J. Reiniger (sponsor), Harrie Jager, T. Niewold (leider), H. Olthof, P. Stant, J. Por, P. Kuiper en J. Idema (trainer). Gehurkt vlnr. J. Siemens, S. Nienhuis, J. Dalmolen, Th. Westerhof, A. Prak en G. Bouma. (Foto uit eeuwboek Veendam 1894)

‘Weet je wat zo mooi is? Vroeger deed me dat niet zoveel. Maar mijn moeder hield alles van me bij. Ze vroeg alles op waar er over mij geschreven werd. Stond er bijvoorbeeld iets in De Telegraaf, dan belde ze. Toen ik stopte had ze allemaal plakboeken met artikelen en foto’s. Deze liggen hier op zolder. Nu koester ik ze, maar destijds zei het me niet zo veel. Ik kan me herinneren dat ik een keer floot bij AFC. Arbitrageautoriteit Leo Horn was op een of andere manier bij deze club betrokken. Hij had me deze wedstrijd zien fluiten. Deze fameuze oud-scheidsrechter schreef in die tijd een veelgelezen column in het AVRO-blad Televizier. In de rubriek Voetbalmeditatie memoreerde hij aan de lezers dat hij nú een scheidsrechter had zien fluiten. Als deze de top niet zou bereiken, dan wist hij het niet meer. Ach, als je dat nu terugleest, dan is dat toch wel leuk. Mooi. Zelf had ik het niet gelezen, maar iemand anders attendeerde me er op.’

Eerste elftal zondag 1980 kampioen

In 1980 vierde het eerste elftal van de zondag met in hun midden de broer van Henk Nienhuis, Siep, het kampioenschap in de derde klasse.
Achter vlnr. T. Gankema (grensrechter), M. Botter (verzorger), T. Niewold (leider), J. Siemens, J. Pronk, J. van Weerd, E. ten Horn, R. Niezen, H, Jager, C. Lahpor en Henk Georg (trainer). Voor vlnr. S. Nienhuis, J. Dalmolen, R. Wijngaard, G. Bouma, T. Westerhof, J. Por, W. Bieze en R. Liklikwatil. (Foto uit eeuwboek Veendam 1894)

Een apart wereldje

‘Het was de tijd dat de scheidsrechters eens per maand bij elkaar kwamen in Zeist. Onder andere voor de spelregeltoetsen en de centrale training. Daar liepen een paar scheidsrechtervedetten rond, hoor. Een Jan Keizer, Bouke Draaisma, Egbert Mulder, Bep Thomas, John Blankenstein, Dick Jol en Ignace van Swieten. Och, dat was me toch een apart wereldje. Dat wil je niet weten. De een gunde het licht in iemand anders ogen niet. Je mag gerust weten dat ik hier nogal van schrok. Ik dacht bij mezelf: waar ben ik in verzeild geraakt? Als ‘Pietje’ een bepaalde wedstrijd kreeg toegewezen, werd iemand anders boos omdat hij deze niet kreeg. Er heerste gewoon een ongezonde rivaliteit. Of ik toen contact had met collega-scheidsrechters. Met de een wat meer als met de ander. Zoals ik al zei: het was een apart wereldje. Bij een nabespreking was de een blij dat de ander het slecht had gedaan. Je voelt op een gegeven moment de priemende ogen in je rug en het gehijg in je nek. Als jij het net even beter doet dan een ander. Dat ze je het licht in de ogen niet gunnen. Misschien heeft het ook te maken met het feit dat ik een nuchtere noordeling ben. Doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg. Het frustreerde me wel. Ik denk dat het er tegenwoordig allemaal wat amicaler aan toe gaat. Het gaat nu ook professioneler. Ik geloof dat de arbiters er maar 24 uur bij mogen werken. In onze tijd had iedereen nog een fulltime baan. Ik werkte bijvoorbeeld 40 uur bij de belastingdienst. Hoewel ik van de dienst wel alle medewerking kreeg trouwens. Over die onderlinge sfeer van destijds had ik wel mijn twijfels. Ik kon me niet voorstellen dat ik mij daarin thuis zou voelen. Nou ja, het ging toen ook mis.’

‘Zo rond 1984 waren er wat invloeden van buitenaf. Rondom mij hoorde ik: Henk, jíj gaat wel door. Als jíj niet doorgaat, snappen we er niks van. Maar Henk stroomde dus niet door. De cijfers bleken niet voldoende te zijn om door te gaan in het betaald voetbal. Ik moest terug naar de amateurs.’ Omdat ik in die tijd Henks scheidsrechtercarrière van een afstandje volgde, kreeg ik deze arbiterdegradatie mee. Henk vertelde mij toen dat hij z’n Waterloo vond in een wedstrijd met Helmond Sport. Om deze pot tot een goed einde te brengen, behoorde hij een heel batterij aan kaarten te trekken. ‘Ik meen dat het Vitesse – Helmond Sport was waarin ik maar liefst zes gele prenten moest uitdelen. Na afloop gaf dit veel gedoe. De pers wilde bij mij in de kleedkamer verhaal halen. Kortom: het was een hectisch gebeuren.’ (Het was in de wedstrijd op paasmaandag 8 april 1985, uitslag 1-3 voor 950 toeschouwers, KF) Lachend: ‘Maar dat overkwam me in mijn amateurperiode ook hoor. Wat dacht je van Quick ’20 – WKE? Ook geen misselijk duel. Stond die rooie Jan Oosting van WKE ook pontificaal voor me. En wilde me ook eventjes in de kleedkamer opzoeken. Toen heb ik me wel even bedreigd gevoeld. Een beetje onveilig ook. In het begin van mijn amateurloopbaan kreeg ik al bijzondere instructies. Ik moest Nieuweschans 2 fluiten. Scheidsrechterbegeleider Swier Delger uit Pekela gaf me handreikingen. Zaken waaraan ik moest denken. Ik reed daar de parkeerplaats op en zette mijn auto keurig op z’n plek. Kwam Delger naar me toe. Hij zei: ‘Ga jij zo naar de kleedkamer?’ ‘Ja,’ zei ik. ‘Wil jij je auto wel even andersom neerzetten?’ ‘Maar die staat toch goed?’ vroeg ik verbouwereerd. ‘Nee, je moet je auto altijd ruggelings wegzetten.’ Henk schaterend: ‘Hij liet me weten dat áls er iets zou gebeuren, ik altijd als de wiedeweerga weg moest kunnen komen. Tjonge, jonge, daar stond ik helemaal niet bij stil. Zo van: dat gebeurt mij toch niet. Maar ik leerde mijn lesje wel. Dus iedere keer als ik ergens naartoe ging, parkeerde ik mijn auto achterwaarts. Natuurlijk is dat niet normaal, maar het is wat het is.’

Henk Nienhuis als elftalleider

Henk Nienhuis als elftalleider van de D-2 van zijn zoon in 1992 bij het behaalde kampioenschap. Achter vlnr. Henk Nienhuis jr (leider), A. Yilmaz, P. Elzinga, E. Nienhuis, Chr. Kloen, P. Kloen (grensrechter) en G. Bos (trainer). Voor vlnr. J. Steenhuis, M. Muurman, R. van der Laan, J. Alders, A. Pawirosastro, G. Kral en W. Dijk. (Foto uit eeuwboek Veendam 1894)

Volgende deel 4 van het verhaal van Henk Nienhuis, ex-profscheidsrechter en oud-bestuurslid van voetbalvereniging Veendam 1894, dit in verband met de viering in september 2019 van het 125-jarig jubileum van de Veendammer voetbalclub. Over het getergd terugkomen in het betaald voetbal en meer.